
Daar zullen jullie nog heel even op moeten wachten. Sorry...
Wat dit dan wel is? Hmm, kunnen we het een Schrijversacademie-update noemen? Ik denk het wel... Het is een stukje schrijven, een stukje fuctie ;)
Op de Schrijversacademie zijn we nog steeds druk bezig met het ontwikkelen van een eigenstijl. Het vierde thema wat we daarom behandelen is landschapsbeschrijving. Hierbij gaat het er om dat je het landschap/decor dat je personage betreedt zo levendig mogelijk beschrijft. Hier komen natuurlijk aardig wat details bij kijken.
Best grappig als je je bedenkt dat ik vroeger (echt jaren geleden) te horen kreeg dat ik te gedetailleerd was. "Sabrina wat maakt het uit dat ze het licht op de overloop uit doet of dat de muren donkerrood zijn. Dat kan veel bondiger"
Ja, dat was toen... Maar dit is nu!
Ik moest een oud personage (gemaakt voor een eerdere schrijfopdracht) geëmotioneerd een landschap/ruimte laten betreden.
Welke emotie komen jullie in onderstaand stukje tegen?
---------------------------------------------------------------------------------------------------
Welke emotie komen jullie in onderstaand stukje tegen?
---------------------------------------------------------------------------------------------------
Met piepende banden zet Jessie de auto stil op
de vrij lege parkeerplaats. Iets verderop staat in het knipperende licht van
een lantaarnpaal een oude verroeste pick-up. Jessie slaat de autodeur met een
klap dicht en rent gehaast naar de donkeroranje motelkamerdeur met de verroeste
zeventien. Gelukkig had ze voor een kamer op de begaande grond gekozen. Met de
sleutel opent ze de deur, waarna ze hem snel weer sluit. In drie soepele
bewegingen draait ze de deur op slot en schuift de twee veiligheidshaakjes
vast. Ze leunt met haar hoofd tegen de deur terwijl ze kort de tijd neemt om op
adem te komen. Het peertje wat normaal de kamer van fel licht voorziet laat ze
uit. Met wijd open gesperde ogen speurt ze de goedkope motelkamer af. Waar
heeft ze alles ook alweer gelaten? De slecht onderhouden houten vloer, die zich
schuil houdt onder een vlekkerig rood tapijt, kraakt bij iedere stap die ze
zet. Ze loopt langs het bed met bloemetjessprei en staat met vijf stappen aan
de andere kant van de kamer. Ze loopt naar het kleine nachtkastje en haalt
onder de stoffige kap van de lamp twee wapens tevoorschijn. Een vuurwapen en
een scherp zakmes. Ze klapt het mes in en schuift hem in haar laars. Daarna
loopt ze naar de smalle kledingkast en trekt de scheve deuren open. Ze haalt
een grote zwarte tas tevoorschijn en legt deze, naast de wapens, op het bed.
Tegenover het bed staat een ladekast met vier lades. De eerste drie open
gemakkelijk. Ze haalt haar kleding vlug uit de lades en propt ze in de tas. Als
ze de vierde la probeert te open, schuift deze maar een klein stukje mee. “O,
kom op” moppert Jessie terwijl ze met twee handen aan de lade trekt. Het duurt
niet lang voordat ze de lade helemaal open krijgt. Tussen de kleine stapeltjes
kleding haalt ze verschillende papieren tevoorschijn. Ze stopt de kleding gehaast
in de tas en laat de papieren op het bed liggen. Jessie verdwijnt het kleine
hokje, wat een badkamer moet voorstellen, in. Ze opent de klep van het
waterreservoir voor de wc en trekt haar kleine revolver, wat met tape vast zit geplakt,
los. Ze controleert het wapen op munitie en steekt het daarna in de rand van
haar broek. Jessie draait zich om en schuift het plastic douchegordijn aan de
kant. Met twee stappen staat ze in de vergeelde douchcabine. Ze graait de
shampoofles en conditioner bij elkaar. Beide flessen gooit ze vanuit de deuropening
op het bed daarna draait ze zich om en richt zich op de wastafel. Boven de
wastafel hangt een medicijnkastje, op de deur van het kastje zit een spiegel die
schots en scheef hangt. Voorzichtig opent ze het medicijnkastje en graait, zo
snel ze kan, de verschillende potjes en flesjes bij elkaar. Ze laat alles op het
bed neervallen. Jessie haalt het zakmes uit haar laars en klapt hem uit. Eén
voor één opent ze de potjes en flessen en schudt de inhoud er vervolgens uit.
Rollen geld, doosjes munitie en meer papieren vallen op het bloemetjessprei. Als
laatste loopt ze naar de bruin aangeslagen magnetron. Deze staat op een houtenkist,
die als bijzettafel fungeert. Ze trekt het deurtje open. Midden in het vieze
ding staat een blik soep. In één soepele beweging opent ze het blik met haar
zakmes en haalt er verschillende paspoorten uit. Jessie klapt het mes weer in
en schuift het daarna terug in haar laars. Alle spullen die nog op het bed
liggen propt ze snel in de tas. Behalve de revolver, die houdt ze in haar
broek. Jessie sluit de rits en kijk met grote ogen op als ze gerommel bij de
deur hoort.
"I'm Sabrina and I'm just trying to be me in this big world"
Geen opmerkingen:
Een reactie posten