vrijdag 16 januari 2015

Spoorloos

Voor een wedstrijd heb ik ooit onderstaande tekst geschreven.
Ik vergat alleen de wedstrijd en heb de tekst nooit ingestuurd. Hoe stom van me?!

De opdracht was om een bepaald stukje tekst in een kort verhaal te verwerken.
Het ging om het volgende stukje: "
Uit het niets valt de verlichting uit. De telefoon, internet, televisie – alles gaat uit. Je slaakt een zucht." 

Door dat stukje was de vertelvorm al bepaald.
Geen ik, hij of zij, maar JE. Nou dat is andere koek...

--------------------------------------------------------------------------------------------

Met je laptop zit je op de bank. De televisie staat aan. De telefoon houdt je vastgeklemd tussen je oor en schouder.

“Ongelooflijk dat we dit voor morgen ingeleverd moeten hebben” klaag je terwijl je vingers woest over het toetsenbord vliegen. “Echt hè, alsof we niks beters te doen hebben” klinkt jouw beste vriendin door de telefoon.

“Zit je nog bij je buren?” vraagt Kaylee. “Yup” antwoord je kort. “Thomas ligt al op bed, dus ik heb tijd zat” vul je aan.

“Avery” klinkt een angstig stemmetje. Je kijkt op en ziet de kleine blonde jongen onderaan de trap staan. “Kaylee, blijf hangen. Ik ben zo terug” je legt de telefoon op de salontafel en zet je laptop naast je op de bank. “Wat is er smurf?” vraag je terwijl je voor Thomas neerknielt. “Er is iemand boven” vertelt hij zacht. Je kijkt op naar de trap en schudt met een glimlach je hoofd. “Maak je niet druk. Er is niemand boven” verzeker je hem. Je geeft Thomas een aai over zijn bol en brengt hem weer terug naar zijn kamer. Samen kijken jullie in zijn kast en onder zijn bed, maar daar is niks te zien. Je stopt Thomas weer in bed en gaat daarna naar beneden.

“Kay, daar ben ik weer” zeg je als je de telefoon oppakt. “Waar was je?” vraagt Kaylee. “Thomas stond beneden” antwoord je. Je hoort Kaylee in je oor ratelen over het schoolfeest, terwijl jij je probeert te richten op je huiswerk.

Er klinkt gerommel van boven. Dat moet Thomas wel zijn. “Ga slapen Thomas! Er is niemand boven!” roept je naar boven terwijl je de telefoon tegen je borst houdt. “Avery? ” klinkt Kaylee. “Sorry Kay, die kleine smurf was uit zijn bed geklommen”.

Dan klinkt er gerommel uit de keuken. “Thomas?” er is frustratie in je stem te horen. “Ik zou dat joch aan zijn bed vastbinden” klinkt Kaylee's advies. Je kijkt in de keuken, maar ziet niks. Dat is vreemd…

Je gaat weer op de bank zitten. Uit het niets valt de verlichting uit. De telefoon, internet, televisie – alles gaat uit. Je slaakt een zucht. Het enige licht komt van jouw laptop. “Kaylee?” probeer je, maar je krijgt geen gehoor. Fijn, heel fijn… Dat heb jij weer.

Je pakt je mobiel uit je tas en stuurt Kaylee snel een berichtje.
De stroom is uitgevallen...

Dan klinken er voetstappen. “Thomas?” er wordt niks teruggezegd. Je mobiel licht op. Het is Kaylee. Je drukt haar weg, eerst de stroom.

Als je voor de meterkast staat zie je niks vreemds. Weer licht het scherm van je mobiel op. De ringtoon vult de stilte. Het is een onbekend nummer. Toch neem je op. “Avery, je kijkt op de verkeerde plek” zegt een zware stem. “Ik zou boven een kijkje nemen”. Boven? Je ogen worden groot. Thomas… Terwijl je de trap op rent bel je het noodnummer.

Je stormt zijn slaapkamer in. Zijn bed is leeg. Het raam staat open. “Thomas is weg” paniek is te horen. “Avery, ik wil dat je nu het huis uit gaat, de politie is onderweg” zegt de dame van de alarmcentrale.

Een paar minuten later is de straat rood en blauw verlicht door de zwaailichten. Je staat bij een agent. Een traan loopt over je wang. Thomas is spoorloos.
 

"I'm Sabrina and I'm just trying to be me in this big world"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten